5001 IP Phone Gebruikershandleiding

MITEL NETWORKS
5001
IP Phone
GEBRUIKERSHANDLEIDING
3300 ICP - 7.0
Inhoudsopgave
1
INFORMATIE OVER DE SET
Indicatoren voor telefoonstatus
Voor gebruikers van Resilient 3300 ICP-systemen
Tips voor uw gemak en veiligheid
DE SET AAN UW EIGEN WENSEN AANPASSEN
Het volume van de beltoon aanpassen
Het volume van de handset aanpassen
Oproepen plaatsen en beantwoorden
Opnieuw kiezen
Opnieuw kiezen: opgeslagen nummer
Wacht
Berichten
Gesprek doorschakelen
Conferentiegesprekken
Gesprekdoorschakeling
Gesprekdoorschakeling: op afstand
Gesprekdoorschakeling: keten beëindigen
Gesprekdoorschakeling: negeren
Wachtstand - Extern ophalen
Gesprek opnemen
In wacht
Achterschakelen
Niet storen
Negeren
Paging
Directe oproepen
Gesprek van label voorzien
-i-
2
2
2
3
3
3
3
3
3
4
5
6
7
8
9
10
10
10
11
12
13
13
14
14
14
15
INFORMATIE OVER DE SET
De Mitel Networks 5001 IP is een digitale telefoon die rechtsreeks op een
10/100BaseT Ethernet-netwerk wordt aangesloten. Het toestel wordt
ondersteund door release 3,1 en hoger van de software voor Mitel Networks
3300 ICP's.
Opm.: de 5001 IP-telefoon is niet geschikt voor directe aansluiting op een
gewoon openbaar telefoonnetwerk. U dient de telefoon alleen aan te sluiten
op een LAN dat is gekoppeld aan een ICP-systeem van Mitel.
De 5001 IP-telefoon heeft drie toetsen met vaste functies evenals een
volumetoets en een standaard numeriek toetsenbord. De volgende toetsen
hebben vaste functies: BERICHT, WACHTEN en DOORSCH/CONF.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Telefoonhoorn
Luidspreker
Bericht wacht-indicator
Functietoetsen
Numeriek toetsenblok
Volumeregeling
-1-
Indicatoren voor telefoonstatus
Situatie:
Lijn is niet actief
Lijn gaat over
Bericht wacht/Voicemail
De indicatie voor wachtend
bericht is:
Uit
Knippert snel
Knippert langzaam
Voor gebruikers van Resilient 3300 ICP-systemen
Als u gedurende een gesprek twee pieptonen hoort die om de 20 seconden
worden herhaald, betekent dit dat de telefoon wordt overgeschakeld naar
een secundair 3300 ICP-systeem. U kunt het gesprek voortzetten maar de
toetsen en functies op de telefoon (inclusief visuele voicemail en andere
toepassingen) werken niet meer. De toetsen en de meeste functies werken
pas weer nadat u het gesprek hebt beëindigd. De telefoon werkt weer
normaal nadat deze weer is overgeschakeld naar het primaire systeem.
Tips voor uw gemak en veiligheid
Klem de hoorn niet tussen uw hoofd en schouders!
Langdurig gebruik van de hoorn kan nek-, schouder- of rugproblemen
veroorzaken, vooral wanneer u de hoorn vasthoudt tussen uw nek en
schouders. Als u veel aan de telefoon zit, kan het prettiger zijn om een
hoofdtelefoon te gebruiken. Zie het gedeelte over het gebruik van de
hoofdtelefoon elders in deze handleiding voor meer informatie.
Bescherm uw oren
Uw telefoon is uitgerust met een knopje waarmee u het volume van de
hoorn kunt regelen. Aangezien langdurige blootstelling aan harde geluiden
kan leiden tot een verminderd gehoor, moet u het volume niet al te hard
zetten.
-2-
DE SET AAN UW EIGEN WENSEN AANPASSEN
Het volume van de beltoon aanpassen
Het volume van het belsignaal aanpassen wanneer de telefoon
overgaat:
z
Druk op de volumeregelknop.
Het volume van de handset aanpassen
Het volume van de handset aanpassen wanneer u de handset
gebruikt:
z
Druk op de volumeregelknop.
Oproepen plaatsen en beantwoorden
Een gesprek tot stand brengen:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies het gewenste nummer.
Een oproep beangtwoorden:
z
Neem de hoorn van de haak.
Opnieuw kiezen
Het laatste nummer dat u handmatig heeft gekozen, opnieuw kiezen:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kiezen *01.
Opnieuw kiezen: opgeslagen nummer
Het nummer opslaan dat u het laatst handmatig heeft gekozen:
1. Neem de hoorn op.
2. Kiezen **79.
Een opgeslagen nummer opnieuw kiezen:
1. Neem de hoorn op.
2. Kiezen *6*.
-3-
Wacht
Een gesprek in de wacht zetten:
z
Druk op WACHTEN en leg de hoorn terug op de haak.
Een gesprek uit de wacht halen:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Druk op WACHTEN.
-4-
Berichten
Als de berichtindicator langzaam knippert terwijl de telefoon niet overgaat,
geeft dat aan dat u een bericht of voicemail heeft ontvangen.
Opm.: voicemail werkt alleen correct op de 5001 IP als Gesprek
doorschakelen op het toestel is ingeschakeld.
Uw gesprekken doorschakelen naar voicemail:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies **70 om uw gesprekken te laten doorschakelen wanneer u
telefonisch in gesprek bent.
3. Kies het nummer van het berichtencentrum 555.
4. Kies **71 om uw gesprekken te laten doorschakelen wanneer u de
telefoon niet opneemt.
5. Kies het nummer van het berichtencentrum 555.
6. Hang op.
Opmerking: zodra Gesprek doorschakelen is ingeschakeld, hoort u telkens
wanneer u de hoorn oppakt even een onderbroken kiestoon. Zie Gesprekken
doorschakelen elders in deze handleiding als u Gesprekken doorschakelen
wilt annuleren.
De manier waarop u reageert op een berichtindicatie is afhankelijk van de
situatie: wil de beller dat u terugbelt of heeft deze een gesproken bericht
achtergelaten.
Reageren op een berichtindicatie:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Druk op BERICHT.
Als de beller een gesproken bericht heeft achtergelaten, wordt
automatisch het voicemailsysteem gebeld.
OF
Als de beller uw berichtindicator heeft geactiveerd en geen gesproken
bericht heeft achtergelaten, belt uw toestel automatisch dat nummer.
-5-
Een terugbelbericht achterlaten op een andere extensie:
z
Druk op de toets BERICHT terwijl u naar de beltoon of de bezettoon
luistert.
De gebruiker van de gebelde extensie merkt dat er een bericht wacht
doordat de berichtindicator knippert en op de display de tekst 'BERICHT
WACHT' wordt weergegeven.
Een verzoek om terug te bellen, annuleren:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies *1#.
Kies het nummer van de gebelde extensie.
Hang op.
Alle verzoeken om terug te bellen, annuleren:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies #1
3. Hang op.
Gesprek doorschakelen
Een actief gesprek doorschakelen:
1. Druk op DOORSCH/CONF.
2. Kies het nummer van de derde partij.
3. Voer een van de volgende handelingen uit:
„ Hang op om het doorschakelen te voltooien.
„ Kondig het doorschakelen aan door te wachten op antwoord, de derde
partij in te lichten en vervolgens op te hangen.
„ Als u het gesprek uit de wacht wilt halen, drukt u op de haak en kiest
u *1.
-6-
Conferentiegesprekken
Een conferentie tot stand brengen als er al twee personen met elkaar
in gesprek zijn, of een andere partij toevoegen aan een bestaande
conferentie:
1.
2.
3.
4.
Druk op DOORSCH/CONF.
Kies het nummer van de volgende persoon.
Wacht op een antwoord.
Druk op DOORSCH/CONF.
Een telefonische conferentie verlaten:
z
Hang op.
Een conferentie splitsen en een privé-gesprek voeren met de
oorspronkelijke persoon:
1. Druk op DOORSCH/CONF.
2. Kies *41.
-7-
Gesprekdoorschakeling
Binnenkomende interne en externe gesprekken die bij uw extensie
binnenkomen, doorsturen:
z
z
z
Alle gesprekken doorschakelen: hiermee stuurt u al uw gesprekken door
naar een andere bestemming (extensie of extensiegroep) zonder dat de
gesprekken worden aangeboden bij uw extensie.
Doorschakeling geen antwoord: hiermee stuurt u uw gesprekken door
naar een andere bestemming (extensie of extensiegroep) wanneer u in
gesprek bent of niet bij uw telefoon bent.
Doorschakeling bij bezet: hiermee stuurt u al uw gesprekken door naar
een andere bestemming wanneer u al telefonisch in gesprek bent of u niet
bij uw telefoon bent.
U kunt uw gesprekken ook doorsturen naar voicemail, indien dit beschikbaar
is. Het extensienummer van het voicemailsysteem is 555.
Het doorschakelen van gesprekken programmeren en activeren:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
„ Als u alle gesprekken wilt doorschakelen zonder dat de telefoon eerst
overgaat, kiest u *8.
„ Als u alle gesprekken wilt doorschakelen wanneer uw telefoon bezet
is, kiest u **70.
„ Als u alle interne gesprekken wilt doorschakelen wanneer uw telefoon
bezet is, kiest u 63.
„ Als u alle externe gesprekken wilt doorschakelen wanneer uw telefoon
bezet is, kiest u 62.
„ Als u alle gesprekken wilt doorschakelen wanneer u de telefoon niet
opneemt, kiest u **71.
„ Als u alle interne gesprekken wilt doorschakelen wanneer u de
telefoon niet opneemt, kiest u 65.
„ Als u alle externe gesprekken wilt doorschakelen wanneer u de
telefoon niet opneemt, kiest u 66.
3. Kies het nummer van het doelstation.
4. Hang op.
-8-
De verschillende typen gesprekdoorschakeling annuleren:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
„ Als u het doorschakelen van alle gesprekken wilt annuleren, kiest u
#8.
„ Als u het doorschakelen van gesprekken wanneer uw telefoon bezet
is, wilt annuleren, kiest u **72.
„ Als u het doorschakelen van gesprekken wanneer u de telefoon niet
opneemt, wilt annuleren, kiest u **74.
3. Hang op.
Alle typen gesprekdoorschakeling annuleren:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies ##8.
3. Hang op.
Gesprekdoorschakeling: op afstand
Gesprekken van een extensie op afstand doorsturen naar uw huidige
locatie:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies **8.
Kies het extensienummer van de extensie op afstand.
Hang op.
Gesprekdoorschakeling annuleren: op afstand vanaf de extensie
waarop dit is ingesteld:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies **77.
Kies het extensienummer van de extensie op afstand.
Hang op.
Gesprekdoorschakeling annuleren: op afstand vanaf de extensie
waarvan de gesprekken worden doorgestuurd:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies #8.
3. Hang op.
-9-
Gesprekdoorschakeling: keten beëindigen
Gesprekken niet meer laten doorsturen doordoor het nummer van de
doelextensie:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies 64.
3. Hang op.
Als u gesprekken weer wilt kunnen laten doorschakelen door het
nummer van de doelextensie:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies **73.
3. Hang op.
Gesprekdoorschakeling: negeren
De opdracht Gesprekdoorschakeling negeren en een extensie bellen:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies *1*.
3. Kies het extensienummer.
Wachtstand - Extern ophalen
U kunt als volgt een gesprek ophalen dat in de wachtstand is gezet
door de telefonist:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies *23.
3. Kies de console-ID en het nummer van de locatie waar het gesprek in de
wacht is gezet.
-10-
Gesprek opnemen
Een oproep beantwoorden die binnenkomt op een andere extensie in
uw opneemgroep:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies *6.
Een oproep beantwoorden die binnenkomt op een extensie die niet in
uw opneemgroep zit:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies **6.
3. Kies het nummer van de extensie die overgaat.
-11-
In wacht
Met de functie In wacht kunt u een gesprek in de wacht zetten. Vervolgens
kunt u of iemand anders het gesprek uit de wacht halen vanaf elk toestel in
het systeem.
Nadat een gesprek in de wacht is gezet, kunt u automatisch worden
verbonden met een oproepsysteem zodat u de gewenste persoon kunt
informeren over het gesprek.
U kunt als volgt een actief gesprek in de wacht zetten:
1. Druk op DS./CONF.
2. Kies *7#.
3. Kies het nummer van de telefoonlijst waarbij u het gesprek in de wacht
wilt zetten.
4. Als u een gebruiker wilt laten weten dat een gesprek voor hem of haar in
de wacht staat, gaat u op een van de volgende manieren te werk:
„ Als automatisch oproepen is ingeschakeld, kondigt u het gesprek aan,
evenals het nummer van de telefoonlijst waarbij het gesprek in de
wacht staat.
„ Als automatisch oproepen niet is ingeschakeld, kiest u **9, gevolgd
door het nummer van de oproepzone (indien nodig). Vervolgens
kondigt u het gesprek aan, evenals het nummer van de telefoonlijst
waarbij het gesprek in de wacht staat.
U kunt als volgt een gesprek uit de wacht ophalen:
1. Kies *8#.
2. Kies het nummer van de telefoonlijst waarbij het gesprek in de wacht
staat.
3. Als er onder het nummer meerdere gesprekken in de wacht staan, kiest u
het tweecijferige indexnummer om een specifiek gesprek op te halen.
Met # kunt u het gesprek ophalen dat het langste in de wacht staat.
-12-
Achterschakelen
Achterschakelen naar een gesprek op een bezette extensie:
z
Kies 3.
-OFWacht tot de time-outperiode verstrijkt.
Een gesprek uit de wacht halen wanneer u de toon voor
achterschakelen hoort:
z
Druk even op de hoorn en kies vervolgens *3.
Het huidige gesprek wordt in de wacht gezet. U wordt verbonden met het
wachtende gesprek.
Niet storen
De functie Niet storen activeren:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies *5.
3. Hang op.
De functie Niet storen uitschakelen:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies #5.
3. Hang op.
Niet storen inschakelen vanaf een extensie op afstand:
1. Neem de hoorn van de haak.
2. Kies **5.
3. Kies het nummer van de extensie waarvoor u Niet storen wilt
inschakelen.
4. Hang op.
Niet storen uitschakelen vanaf een extensie op afstand:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies ##5.
Kies het nummer van de extensie waarop Niet storen is ingeschakeld.
Hang op.
-13-
Negeren
De functie Negeren gebruiken als u een bezettoon of de toon voor Niet
storen krijgt:
z
Kies 2.
Paging
Paging gebruiken:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies **9.
Kies het nummer van de paging zone (indien nodig).
Kondig de oproep aan.
Directe oproepen
Met Directe paging kunt u een persoon pagen via de luidspreker van de
telefoon. Als bij de opgeroepen persoon de functie Aankondiging via
luidspreker is ingeschakeld, is de oproep hoorbaar, ook wanneer die persoon
een gesprek voert via de hoorn of de hoofdtelefoon.
Iemand pagen:
1.
2.
3.
4.
Neem de hoorn van de haak.
Kies *37.
Kies het extensienummer.
Spreek met de gekozen persoon nadat u de toon hoort.
Een directe paging beantwoorden(wordt aangegeven met één
belsignaal):
z
Neem de hoorn op.
-14-
Gesprek van label voorzien
Met de functie Gesprek van label voorzien kunt u aangeven dat u het
slachtoffer bent van een gesprek met een bedreigend of kwaadwillig
persoon. Met dit label kan uw systeembeheerder of telefoonmaatschappij de
oorsprong van het gesprek achterhalen en deze informatie doorspelen aan
het betreffende personeel of de autoriteiten.
VOORZICHTIG: Wanneer een gesprek met een niet-kwaadwillig
persoon van een label wordt voorzien, kunnen boetes of andere
straffen worden opgelegd.
Een gesprek met een kwaadwillig persoon van een label voorzien:
1. Druk op TRANS/CONF.
2. Kies *55 tijdens het gesprek.
Opmerking: de functie Gesprek van een label voorzien kan alleen worden
gebruikt tijdens gesprekken waarbij twee partijen betrokken zijn.
Gesprekken die in de wacht staan en conferentiegesprekken kunnen niet van
een label worden voorzien.
-15-
TM, ® Handelsmerk van Mitel Networks Corporation.
© Copyright 2006, Mitel Networks Corporation.
Alle rechten voorbehouden.