Dutch User's Manual

Gebruikershandleiding
Echte RMS Multimeter met
IR Thermometer
Extech EX570
Inleiding
Gefeliciteerd met uw aankoop van de Extech EX570 Echte RMS automatische multimeter. Deze
meter meet AC/DC spanning, AC/DC stroom, weerstand, elektrische capaciteit, frequentie,
werkingscyclus, diodetest, continuïteit, thermokoppel temperatuur en infraroodtemperatuur. Deze
meter bezit een waterdicht en hard ontwerp voor zwaar gebruik. Het correct gebruik en onderhoud
van deze meter zal jarenlang een betrouwbare service leveren.
Veiligheid
Dit symbool, naast een ander symbool, terminal of regelorgaan, geeft aan de
gebruiker de uitleg in de handleiding moet raadplegen om persoonlijk letsel
of schade aan de meter te voorkomen.
WARNING
Dit WARNING symbool geeft een mogelijke gevaarlijke situatie aan, dat
indien niet vermeden, kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
CAUTION
Dit CAUTION symbool geeft een mogelijke gevaarlijke situatie aan, dat
indien niet vermeden, kan leiden tot beschadiging van het product.
MAX
1000V
Dit symbool informeert de gebruiker dat dergelijk aangeduide terminal(s) niet
verbonden mag/mogen worden met een circuitpunt waarbij de spanning wat
betreft de aarde (in dit geval) de 1000VAC of VDC overschrijdt.
Dit symbool, naast een of meer terminals, identificeert deze terminals als
verbonden met bereiken die, bij normaal gebruik, onderhevig kunnen zijn
aan gevaarlijke spanningen. Voor een maximale veiligheid, raak de meter en
de testkabels niet aan als deze terminals onder stroom staan.
Dit symbool geef aan dit apparaat volledig is beschermd door een dubbele
isolatie of een versterkte isolatie.
PER IEC1010 OVERSPANNINGSINSTALLATIECATEGORIE
OVERSPANNINGSCATEGORIE I
Apparatuur voor OVERSPANNINGSCATEGORIE I is apparatuur voor verbindingen met circuits waa
rin metingen worden uitgevoerd om de vluchtige overspanningen te beperken tot een geschikt laag
niveau.
Opmerking – Voorbeelden omvatten beschermd elektronische circuits.
OVERSPANNINGSCATEGORIE II
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE II is energieverbruikende apparatuur geleverd door
de vaste installatie.
Opmerking - Voorbeelden omvatten huishoud-, kantoor- en laboratoriumtoestellen.
OVERSPANNINGSCATEGORIE III
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE III is apparatuur in vaste installaties.
Opmerking – Voorbeelden bevatten schakelaars in de vaste installatie en sommige apparatuur voor
industrieel gebruik met permanente verbinding aan de vaste installatie.
OVERSPANNINGSCATEGORIE IV
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE IV is voor gebruik aan het beginpunt van de install
atie. Opmerking - Voorbeelden bevatten elektriciteitsmeters en basis over-stroom beschermingsapp
aratuur.
2
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
WAARSCHUWINGEN

Onjuist gebruik van deze meter kan schade, schokken, letsel of de dood veroorzaken. Lees en
begrijp deze gebruikershandleiding voordat u de meter gebruikt.

Verwijder altijd de testkabels voordat u de batterij of de zekeringen vervangt.

Controleer de toestand van de testkabels en de meter op schade voordat u de meter gebruikt.

Wees uiterst voorzichtig als u metingen uitvoert waarbij de spanningen groter zijn dan 25VAC
rms of 35VDC. Dit soort spanningen wordt aanzien als gevaar voor schokken.

Waarschuwing! Dit is een klasse A apparaat. Dit apparaat kan storingen veroorzaken in de
leefruimte; in dit geval kan het noodzakelijk zijn dat de bediener de nodige metingen uitvoert.

Ontlaad altijd condensatoren en haal de stroom van het geteste apparaat af voordat u diode-,
weerstands- of continuïteitstesten uitvoert.

Spanningcontroles op elektrische rails kunnen moeilijk en misleidend zijn omwille van de
onzekerheid van de aansluiting met de ingebouwde elektrische contacten. Andere middelen
moeten worden aangewend om zeker te zijn dat de terminals niet actief zijn.

Als de apparatuur wordt gebruikt op een manier niet bepaald door de fabrikant, is het mogelijk
dat de bescherming geleverd door de apparatuur wordt beschadigd.

Dit apparaat is geen speelgoed en mag zich niet binnen het bereik van kinderen bevinden. Het
bevat gevaarlijke voorwerpen en kleine onderdelen die kinderen kunnen inslikken. In het geval
een kind iets inslikt, neem onmiddellijk contact op met een arts.

Laat geen batterijen of verpakkingsmaterialen zonder toezicht achter; ze kunnen een gevaar
vormen voor kinderen indien ze deze gebruiken als speelgoed.

In het geval het toestel voor lange periode niet zal gebruikt worden, verwijder de batterijen om
lekkage te voorkomen.

Vervallen of beschadigde batterijen kunnen cauterisatie veroorzaken indien deze in contact
komen met de huid. Gebruik daarom altijd geschikte handschoenen.

Zorg ervoor dat de batterijen niet kortgesloten worden. Gooi geen batterijen in vuur.
3
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
VEILIGHEIDSRICHTLIJNEN
Deze meter is ontworpen voor een veilig gebruik, maar wees toch voorzichtig wanneer u deze
bedient. Volg onderstaande richtlijnen zorgvuldig op voor een veilige bediening van de meter.
1.
Breng NOOIT spanning of stroom aan op de meter die het aangegeven maximum
overschrijdt:
Invoer beschermingsgrenzen
Functie
V DC of V AC
Maximum invoer
1000 VDC/AC rms
mA AC/DC
500 mA 1.000V snelwerkende zekering
A AC/DC
10A 1.000V snelwerkende zekering
(20A voor 30 seconden max. elke 15 minuten)
Frequentie, Weerstand, Elektrische cap
aciteit, Werkingscyclus, Diodetest,Contin
uïteit
1000 VDC/AC rms
Temperatuur
1000 VDC/AC rms
2.
WEES UITERST VOORZICHTIG wanneer u werkt met hoogspanning.
3.
Meet GEEN spanning als de spanning op de "COM” ingangsaansluiting 600V boven massa
overschrijdt.
4.
Sluit de meterkabels NOOIT aan op een spanningsbron terwijl de functieschakelaar zich in
de stroom-, weerstand- of diodemodus bevindt, dit kan de meter beschadigen.
5.
Ontlaad ALTIJD de filtercondensatoren in de stroombronnen en ontkoppel de stroom
wanneer u weerstand- of diodetesten uitvoert.
6.
Zet ALTIJD de stroom uit en ontkoppel de testkabels voordat u de deksels opent om de
zekering of de batterijen te vervangen.
7.
Gebruik NOOIT de meter tenzij het achterpaneel en de batterij- en zekeringdeksels correct
op hun plaats zijn bevestigd.
8.
Als de apparatuur wordt gebruikt op een manier niet bepaald door de fabrikant, is het
mogelijk dat de bescherming geleverd door de apparatuur wordt beschadigd.
4
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Bedieningsmechanisme en aansluitingen
2 1
1. IR Thermometer
2. Laserpointer
3
4
5
6
3. 40000 tellingen LCD
4. MAX/MIN knop
5. MEMORY knop
6. SELECT knop
7. Functieschakelaar
8. mA, µA en 10A ingangsaansluitingen
7
9. PEAK en RELATIVE knop
10. RANGE knop
11. HOLD en
(Achtergrondverlichting) knop
12. IR thermometer knop
8
13. Positieve ingangsaansluiting
9
10
11
12
13
14
14. COM ingangsaansluiting
Opmerking: De schuinstand en het batterijvak bevinden zich aan de achterzijde van het apparaat.
Symbolen en tekens
•)))
+
MEM
n
µ
m
A
k
F
M

Hz
%
AC
DC
ºF
MAX
Continuïteit
Diodetest
Lege batterij
Geheugen
-9
nano (10 ) (elektrische capaciteit)
-6
micro (10 ) (amps, cap)
-3
milli (10 ) (volts, amps)
Amps
3
kilo (10 ) (ohms)
Farad (elektrische capaciteit)
6
APO Automatische uitschakeling
mega (10 ) (ohms)
Ohms
P
Piek
Hertz (frequentie)
V
Volts
Percent (inschakelfactor)
REL Relatief
Wisselstroom
AUTO Automatische peiling
Gelijkstroom
HOLD Display vasthouden
Graden Fahrenheit
ºC
Graden Celcius
Maximum
MIN
Minimum
5
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Gebruiksaanwijzingen
WAARSCHUWING: Risico op Elektrocutie. Hoogspanningscircuits, zowel AC als DC, zijn zeer
gevaarlijk en moeten met de grootste voorzichtigheid worden gemeten.
1. Draai de functieschakelaar ALTIJD naar de OFF positie als u de meter niet gebruikt.
2. Als “OL” tijdens een meting op het display wordt weergegeven, overschrijdt de waarde het
door u geselecteerd bereik. Verander het naar een hoger bereik
AC/DC SPANNINGSMETINGEN
WAARSCHUWING: Meet geen DC spanningen als een motor op het circuit AAN of UIT-gezet
wordt. Hoge stootspanningen kunnen optreden die de meter kunnen beschadigen.
1. Draai de functieschakelaar naar de V positie.
2. Druk op de SELECT knop om “DC” of “AC” op de LCD weer te geven.
3. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting. Voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve
V aansluiting.
4. Plaats de zwarte testsondetip tegen de negatieve zijde van het circuit.
Plaats de rode testsondetip tegen de positieve zijde van het circuit.
5. Lees de spanningswaarde af op het display.
DC/AC MILLIVOLTMETINGEN
WAARSCHUWING: Meet geen DC/AC spanningen als een motor op het circuit AAN of UITgezet wordt. Hoge stootspanningen kunnen optreden die de meter kunnen beschadigen.
1.
2.
3.
4.
5.
Draai de functieschakelaar naar de mV DC-AC positie.
Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting. Voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de
positieve V aansluiting.
Druk op de SELECT knop om “DC” of “AC” millivolts te kiezen.
Plaats de zwarte testsondetip tegen de negatieve zijde van het circuit.
Plaats de rode testsondetip tegen de positieve zijde van het circuit.
Lees de spanningswaarde af op het display.
6
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
AC/DC STROOMMETINGEN
WAARSCHUWING: Voer geen 20A stroommetingen uit die langer dan 30 seconden duren.
De 30 seconden overschrijden kan leiden tot beschadiging aan de meter en/of de
testkabels.
1. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting.
2. Voor stroommetingen tot 4000µA DC, stel de functieschakelaar in op de µA
positie en voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de µA/mA
aansluiting.
3. Voor stroommetingen tot 400 mA DC, stel de functieschakelaar in op de mA
positie en voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de µA/mA
aansluiting.
4. Voor stroommetingen tot 20A DC, stel de functieschakelaar in op de
10A/HZ/% positie en voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de 10A
aansluiting.
5. Druk op de SELECT knop om “DC” of “AC” op de LCD weer te geven.
6. Haal de stroom van het geteste circuit af, open dan het circuit op het punt
waar u de stroom wilt meten.
7. Plaats de zwarte testsondetip tegen de negatieve zijde van het circuit.
Plaats de rode testsondetip tegen de positieve zijde van het circuit.
8. Zet opnieuw stroom op het circuit.
9. Lees de stroomwaarde af op het display.
WEERSTANDSMETINGEN
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, haal de stroom van het geteste
apparaat af en ontlaad alle condensatoren alvorens weerstandsmetingen uit te voeren.
Verwijder de batterijen en ontkoppel de netsnoeren.
1. Draai de functieschakelaar naar de Ω positie.
2. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting.
Voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve  aansluiting.
3. Druk op de SELECT knop om “" op het display weer te geven.
4. Plaats de testsondetips over het geteste circuit of component. Het beste is om
één zijde van het geteste component los te koppelen zodat de rest van het
circuit de weerstandsmeting niet kan hinderen.
5. Lees de weerstandswaarde af op het display.
7
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
CONTINUITEIT CONTROLE
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, meet nooit de continuïteit op
circuits of draden die onder spanning staan.
1. Draai de functieschakelaar naar de Ω
positie.
2. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting. Voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve
 aansluiting.
3. Druk op de SELECT knop om “
" op het display weer te geven.
4. Plaats de testsondetips tegen het te testen circuit of draad.
5. U hoort een geluidssignaal als de weerstand minder is dan circa 35 Het
display geeft “OL" weer als het circuit open is.
DIODETEST
1. Draai de functieschakelaar naar de groene Ω
positie.
2. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting en de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve V
aansluiting.
3. Druk op de SELECT knop om “
“ en “V” op het display weer te geven.
4. Plaats de testsondes tegen de geteste diode. De voorwaartse spanning
zal tussen de 0,400 en 0,700V aangeven. De achterwaartse spanning zal
“OL” aangeven. Kortgesloten apparaten geven bijna 0V aan en een open
apparaat geeft “OL” voor beide polariteiten aan.
8
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
CONTACTLOZE INFRAROOD TEMPERATUURMETINGEN
1.
Draai de functieschakelaar naar de IR positie.
2.
Druk op de SELECT knop om °F of °C te kiezen.
3.
Richt de infraroodsensor (bovenkant van de meter) naar het te meten oppervlak.
4.
Druk op de IRT
knop om de IR thermometer en de laserpointer aan te zetten. De
laserpointer bepaalt het te meten oppervlaktepunt.
5.
Het te meten oppervlaktegebied moet groter zijn dan de puntgrootte zoals bepaald door
de spot ratio afstand specificatie.
6.
Lees de temperatuur af op het display. Wanneer de IRT knop wordt losgelaten zal de
weergegeven temperatuur voor circa 10 seconden worden vastgehouden.
WAARSCHUWING: Kijk niet rechtstreeks in of richt de laserpointer niet naar een oog. Zichtbare
laserstralen van laag vermogen veroorzaken in normale omstandigheden geen gevaar, maar
kunnen een potentieel gevaar vormen indien ze gedurende lange perioden rechtstreeks
worden bekeken.
IR punt-naar-afstand diagram
De spot-ratio afstand van 30:1 bepaalt de grootte van het gemeten oppervlaktegebied met
betrekking tot de afstand van de meter ten opzichte van het oppervlak.
Opmerkingen omtrent de IR Meting
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Het te testen voorwerp moet groter zijn dan de puntgrootte (doel) berekend door het
gezichtsvelddiagram.
Als het oppervlak van het te testen voorwerp bedekt is met ijs, olie, roet, enz. reinig deze dan
eerst voordat u metingen uitvoert.
Indien het oppervlak van een voorwerp fel weerspiegelend is, breng kleefband of matte zwarte
verf aan op het oppervlak voordat u meet.
De meter kan geen metingen uitvoeren door glas.
Stoom, stof, rook, enz. kunnen het meten belemmeren.
Om een hotspot te vinden, richt de meter buiten het interesseveld en scan daarna overdwars
(in een op- en neerwaartse beweging) totdat de hotspot is gevonden.
9
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
THERMOKOPPEL TEMPERATUURMETINGEN
1. Draai de functieschakelaar naar de TYPE K positie.
2. Voeg de temperatuursonde in de ingangsaansluitingen. Houd hierbij
rekening met de juiste polariteit.
3. Druk op de SELECT knop om “ºF” of “ºC” aan te geven.
4. Plaats de tip van de temperatuursonde tegen het component waarvan
u de temperatuur wilt opmeten. Houd de sonde tegen het geteste
component totdat de meting stabiliseert.
5. Lees de temperatuur af op het display.
Opmerking: De temperatuursonde is voorzien van een type K
miniconnector.
Een miniconnector naar de banaanconnectoradapter is
meegeleverd voor de aansluiting naar de invoerbanaanaansluitingen.
Opmerking: Het temperatuurbereik van de meegeleverde thermokoppelsonde is -20 tot 250°C (-4
tot 482°F).
ELEKTRISCHE CAPACITEITSMETINGEN
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, haal de stroom
van het geteste apparaat af en ontlaad alle condensatoren alvorens
elektrische capaciteitsmetingen uit te voeren. Verwijder de batterijen en
ontkoppel de netsnoeren.
1. Draai de functieschakelaar naar de CAP positie.
2. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting. Voeg de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve
V aansluiting.
3. Plaats de testkabels tegen de te testen condensator.
4. Lees de elektrische capaciteitswaarde af op het display.
FREQUENTIE (WERKINGSCYCLUS) METINGEN
1. Draai de functieschakelaar naar de Hz/% positie.
2. Voeg de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting en de banaanstekker van de rode testkabel in de positieve Hz
aansluiting.
3. Plaats de testsondetips tegen het geteste circuit.
4. Lees de frequentie af op het display.
5. Druk op de SELECT knop om “%” weer te geven.
6. Lees het % van het werkingscyclus af op het display.
10
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
GEHEUGEN
De meter kan tot 3 metingen opslaan en opvragen.
Metingen opslaan:
1.
Druk en houd de MEM knop ingedrukt totdat “MEM1” (met een knipperende 1) in het
display verschijnt . Geheugen 1 is klaar om gegevens te aanvaarden.
2.
Druk en laat de MEM knop los om de geheugens 2 en 3 te doorlopen en te selecteren.
3.
Druk en houd de MEM knop ingedrukt om de weergegeven waarde op te slaan in het
gekozen geheugen.
4.
Na het opslaan van de meting keert de meter terug naar de normale werking.
Metingen opvragen:
1.
Druk en laat de MEM knop los. “MEM1” en de opgeslagen waarde verschijnen op het
display.
2.
Druk en laat de MEM knop opnieuw los om de geheugens 2 en 3 te doorlopen en te te
bekijken.
3.
Druk nogmaals op de MEM knop om terug te keren naar de normale werking.
AUTOMATISCHE/MANUELE BEREIKSELECTIE
De meter bevindt zich in de automatische bereikstand wanneer u voor de eerste maal de
meter inschakelt. Dit selecteert automatisch het beste bereik voor de uit te voeren metingen
en is over het algemeen de beste modus voor het merendeel van de metingen. In geval van
meetsituaties die een manueel geselecteerd bereik vereisen, voer het volgende uit:
1. Druk op de RANGE knop. Het "AUTO" weergavesymbool wordt uitgeschakeld.
2. Druk op RANGE knop om de beschikbare bereiken te doorlopen totdat u het gewenste
bereik hebt gekozen.
3. Om de manuele bereikmodus te verlaten en terug te keren naar het automatisch bereik,
druk en houd de RANGE knop ingedrukt gedurende 2 seconden.
Opmerking: Het manueel bereik is niet van toepassing bij de temperatuurfuncties.
MAX/MIN
1. Druk op de MAX-MIN knop om de MAX/MIN registratiemodus te activeren. Het
displaysymbool "MAX” wordt weergegeven. De meter geeft de maximum meting weer en
houd deze vast. Deze waarde wordt telkens geüpdatet wanneer een nieuwe “max” wordt
geregistreerd.
2. Druk nogmaals op de MAX/MIN knop en het displaysymbool “MIN" wordt weergegeven. De
meter geeft de minimum meting weer en houd deze vast. Deze waarde wordt telkens
geüpdatet wanneer een nieuwe “min” wordt geregistreerd.
3. Druk de "MAX./MIN" stem nog eens en de beeld die "AVG" zal verschijnen. De meter zal de
gemiddelde lezing tonen aangezien de meter aan werd aangedreven.
4. Om de MIN/MAX modus te verlaten, druk en houd de MAX/MIN knop ingedrukt gedurende 2
seconden.
11
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Relatieve Modus
De relatieve metingsfunctie laat u toe om metingen te maken met betrekking tot een
opgeslagen referentiewaarde. Een referentiespanning, referentiestroom, enz. kan worden
opgeslagen en de uitgevoerde metingen kunnen met deze waarde worden vergeleken. De
weergegeven waarde is het verschil tussen de referentiewaarde en de opgemeten waarde.
1. Voer de meting uit zoals beschreven in de gebruikershandleiding.
2. Druk en houd de REL knop ingedrukt om de meting in het display op te slaan en het
weergavesymbool “REL” verschijnt op het display.
3. Het display zal nu het verschil aangeven tussen de opgeslagen waarde en de opgemeten
waarde.
4. Druk en houd de REL knop ingedrukt om de relatieve modus te verlaten.
PIEK VASTHOUDEN
De Piekvasthoudfunctie registreert de piek van de AC spanning of stroom. De meter kan zowel
negatieve als positieve pieken, met een tijdspanne van 1 milliseconde, registreren. Druk op de
PEAK knop. “PMAX” verschijnt op het display. Het display wordt geüpdatet telkens een hogere
positieve piek wordt gemeten. Druk nogmaals op de PEAK knop om de modus te verlaten.
ACHTERGRONDVERLICHTING VAN DISPLAY
Druk en houd de HOLD/ knop ingedrukt voor minimum 1 seconde om de achtergrondverlichting
aan te zetten. De achtergrondverlichting wordt automatisch na 10 seconden uitgeschakeld.
HOLD
De holdfunctie zet de meting vast op het display. Druk kort op de HOLD toets om het vastzetten te
activeren of om de HOLD functie te verlaten.
LEGE BATTERIJ-INDICATOR
Vervang de batterij wanneer het lege batterij
+
symbool op het display verschijnt.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
De automatische uitschakeling zet de meter uit na 15 minuten. Om de automatische
uitschakelingsfunctie uit te schakelen, houd de SELECT knop ingedrukt en zet de meter aan. “APO
d” verschijnt op het display. Zet de meter uit en dan aan om de automatische uitschakelingsfunctie
opnieuw in te schakelen.
12
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Onderhoud
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, ontkoppel de testkabel van om
het even welke spanningsbron voordat u het achterpaneel of het batterij- of zekeringsdeksel
verwijdert.
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, gebruik uw meter niet totdat het
batterij- en zekeringsdeksel correct op hun plaats zijn bevestigd.
Deze multimeter is ontworpen om jarenlang een zorgeloze service te leveren, als de volgende
verzorgingsinstructies worden uitgevoerd:
1. HOUD DE METER DROOG. Veeg de meter af als deze nat wordt.
2. GEBRUIK EN BERG DE METER OP IN RUIMTEN MET EEN NORMALE TEMPERATUUR.
Extreme temperaturen kunnen de levensduur van de elektronische componenten verkorten
en de plastic onderdelen kunnen vervormen of smelten.
3. GEBRUIK DE METER MET DE NODIGE ZORG. Laat de meter niet vallen want dit kan het
omhulsel of de elektronische componenten beschadigen.
4. HOUD DE METER SCHOON. Maak het omhulsel regelmatig schoon met een vochtige doek.
Gebruik GEEN chemische middelen, schoonmaak- en onvettingsmiddelen.
5. GEBRUIK ALLEEN NIEUWE BATTERIJEN VAN DE AANBEVOLEN GROOTTE EN TYPE.
Verwijder oude of uitgeputte batterijen zodat deze niet kunnen lekken of de meter kunnen
beschadigen.
6. ALS DE METER VOOR EEN LANGE PERIODE WORDT OPGEBORGEN, verwijder de
batterijen om schade aan het apparaat te voorkomen.
INSTALLATIE VAN DE BATTERIJ
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, ontkoppel de testkabels van om het
even welke spanningsbron voordat u het batterijdeksel verwijdert.
1. Zet de stroom uit en ontkoppel de testkabels van de meter.
2. Open het batterijdeksel aan de achterzijde door de twee schroeven (B) te verwijderen met
behulp van een kruiskopschroevendraaier.
3. Plaats de batterij in het batterijvak en houd hierbij rekening met de correcte polariteit.
4. Plaats het batterijdeksel opnieuw op de meter. Maak deze vast met de schroeven.
Sie, als der Endverbraucher, sind gesetzlich (EU Batterie Verordnung) gebunden, alle
gebrauchten Batterien zurückzukehren, ist Verfügung im Haushaltmüll verboten! Sie
können Ihre gebrauchten Batterien / Speicher an Sammlungspunkten in Ihrer
Gemeinschaft übergeben oder wohin auch immer Batterien / Speicher sind verkauft!
Verfügung: Folgen Sie den gültigen gesetzlichen Bedingungen in Rücksicht der Verfügung
der Vorrichtung am Ende seines Lebenszyklus
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, gebruik uw meter niet totdat het
batterijdeksel correct op zijn plaats is bevestigd.
OPMERKING: Indien uw meter niet correct functioneert, controleer de zekeringen en de
batterijen om zeker te zijn dat deze nog steeds goed en juist geïnstalleerd zijn.
13
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
DE ZEKERINGEN VERVANGEN
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, ontkoppel de testkabels van om
het even welke spanningsbron voordat u het deksel van de meter verwijdert.
A
B
A
B
A
F1 F2
1. Ontkoppel de testkabels van de meter.
2. Verwijder het batterijdeksel (twee ”B” schroeven) en de batterij.
3. Verwijder de zes “A” schroeven die het achterpaneel op zijn plaats houden.
4. Verwijder voorzichtig de oude zekering en plaats de nieuwe zekering in de houder.
5. Gebruik altijd een zekering van de juiste grootte en waarde (0,5A/1000V snelwerkende
zekering voor het 600 mA bereik [SIBA 70-172-40], 10A/1000V snelwerkende zekering voor
het 10A bereik [SIBA 50-199-06]).
6. Plaats de batterij terug en bevestig opnieuw het batterijdeksel en achterpaneel.
WAARSCHUWING: Om elektrische schokken te voorkomen, gebruik uw meter niet totdat het
zekeringsdeksel correct op zijn plaats is bevestigd.
14
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Technische beschrijving
Functie
Bereik
Resolutie
DC spanning
400 mV
0,01 mV
4V
0,0001V
40V
0,001V
400V
0,01V
1000V
0,1V
400 mV
0,01 mV
4V
0,0001 V
40 V
0,001 V
400 V
0,01 V
1000 V
0,1 V
Nauwkeurigheid
(0,06% meting + 2 cijfers)
AC spanning
40 Hz tot 65 Hz
66 Hz tot 1000 Hz
(0,5% meting + 3
cijfers)
(1% meting + 3 cijfers)
Alle AC spanningen zijn gespecificeerd vanaf 5% tot 100% van het bereik.
DC stroom
400A
0,01 A
4000A
0,1 A
40mA
0,001 mA
400mA
0,01 mA
(1,0% meting + 3 cijfers)
10A
0,00 A
(1,5% meting + 3 cijfers)
(0,7% meting + 3 cijfers)
(20 A: 30 sec max met een verminderde nauwkeurigheid)
AC stroom
400A
0.01 A
4000A
0,1 A
40mA
0,001 mA
400mA
0,01 mA
10A
0,001 A
40 Hz tot 65 Hz
66 Hz tot 1000 Hz
(1.0% meting + 3
cijfers)
(1.5% meting + 3
cijfers)
(2,0% meting + 3
cijfers)
(2,0% meting + 3
cijfers)
(20A: 30 sec max met een verminderde nauwkeurigheid)
o
o
o
o
OPMERKING: De nauwkeurigheid is vastgesteld aan 18 C tot 28 C (65 F tot 83 F) en aan minder
dan 75% RV.
15
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Functie
Bereik
Resolutie
Weerstand
400 
0,01 
4 k
0,0001 k
40 k
0,001 k
400 k
0,01 k
4 M
0,0001 M
40 M
0,001 M
40 nF
0,001 nF
400 nF
0,01 nF
4 µF
0,0001 µF
Elektrische
capaciteit
40 µF
0,001 µF
400 µF
0,01 µF
4000 µF
0,1 µF
40000 F
1 µF
40 Hz
0,001 Hz
400 Hz
0,01 Hz
4 kHz
0,0001 kHz
40 kHz
0,001 kHz
400 kHz
0,01 kHz
4 MHz
0,0001 MHz
40 MHz
0,001 MHz
Werkingscyclus
0,1 tot 99,90%
0,01%
Temperatuur
-50 tot 1382F
1F
(type-K)
-45 tot 750C
1C
Frequentie
Nauwkeurigheid
(0,3% meting + 4 cijfers)
(2,0% meting + 20 cijfers)
(3,5% meting + 40 cijfers)
(5% meting + 10 cijfers)
(0,1% meting + 1 cijfers)
(1,0% meting + 2 cijfers)
Pulsbreedte: 100 µs – 100 ms, Frequentie: 5 Hz tot 150 kHz
(1,0% meting + 4,5°F)
(1,0% meting + 2,5C)
(sondenauwkeurigheid niet inbegrepen)
Temperatuur IR
-30 tot -5C
4C
-6 tot -100C
 2C
101 tot 550C
-22 tot 23F
(2.0% meting + 2C)
1C/F
 8F
24 tot 212°F
 4°F
213 tot 1022°F
(2.0% meting + 4F)
16
EX570-nl-NL_V2.7 4/15
Omhulsel
Diodetest
Dubbel gegoten, waterdicht (IP64)
Teststroom van 0,9mA maximum, open circuit spanning 2,8V DC
typisch
Continuïteit controle
Geluidssignaal gaat af als weerstand lager is dan 35 (circa),
teststroom <0,35mA
PEAK
Registreert pieken >1ms
Geheugen
Opslaan en opvragen tot 3 waarden
Temperatuursensor
Heeft type K thermokoppel nodig
Ingangsimpedantie
>10MΩ VDC & >3MΩ VAC
AC reactie
Echte rms
ACV bandbreedte
40Hz tot 1000Hz
IR spectrale reactie
6 tot 16µm
IR stralingsvermogen
0,95 vast
IR afstandsratio
30:1
Laserpointer
Klasse 2 laser < 1mW vermogen; Golflengte is 630 tot 670nm
Amplitudefactor
≤3 bij vollast tot 500V, vermindert lineair tot ≤1.5 aan 1000V
Display
40,000 tellingen Liquid Crystal Display met achtergrondverlichting
en staafgrafiek
Overschrijdingsaanduiding “OL” wordt weergegeven
Automatische uitschakeling 15 minuten (circa) met uitschakelingsfunctie
Polariteit
Automatisch (geen aanduiding voor positief); Min (-) teken voor
negatief.
Meetsnelheid
2 maal per seconde, nominaal
Lage Batterij-indicator
“ + “ wordt weergegeven als de batterijspanning kleiner is dan de
bedrijfsspanning
Batterij
Een 9 volt (NEDA 1604) batterij
Zekeringen
mA, µA bereiken; 0,5A/1.000V keramische snelwerkende zekering
A bereik; 10A/1.000V keramische snelwerkende zekering
Bedrijfstemperatuur
5ºC tot 40ºC (41ºF tot 104ºF)
o
o
o
o
Opslagtemperatuur
-20 C tot 60 C (-4 F tot 140 F)
Bedrijfsvochtigheid
Max 80% aan 31ºC (87ºF) en vermindert lineair tot 50% aan 40ºC
(104ºF)
Opslagvochtigheid
<80%
Bedrijfshoogte
2000 meters (7000 ft.) maximum
Gewicht
342 g (0,753 lb) (inclusief holster)
Afmetingen
187 x 81 x 50 mm (7.36” x 3.2” x 2.0”) (inclusief holster)
Veiligheid
Deze meter is bedoeld voor gebruik aan het beginpunt van een
installatie en beschermd met dubbele isolatie, tegen de gebruikers,
per EN61010-1 en IEC61010-1 2e editie (2001) tot categorie IV 600V en
categorie III 1000V; Vervuilingsgraad 2.
Goedkeuringen
CE
Kopierecht © 2012‐2015 FLIR Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden met inbegrip van de volledige of gedeeltelijke reproductie in gelijk welke vorm. ISO‐9001 Certified www.extech.com 17
EX570-nl-NL_V2.7 4/15