Dutch User's Manual

Gebruiksaanwijzing
Effectieve RMS multimeter
plus IR-thermometer
Extech 470
Inleiding
Gefeliciteerd met uw aankoop van de Extech 470 (deel nummer EX470) Effectieve RMS multimeter
met autobereik en IR-thermometer. Deze meter meet de AC/DC-spanning, AC/DC-stroom, de
weerstand, de capaciteit, de frequentie, de werkcyclus, de diodetest en de continuïteit, plus
thermokoppel en contactloze IR-temperatuur. Als u deze meter voorzichtig en op de juiste manier
gebruikt, zal hij u jarenlang trouwe diensten bewijzen.
Veiligheid
Internationale veiligheidsymbolen
Dit symbool, in de buurt van een ander symbool of een terminal, geeft aan dat de gebruiker
de gebruiksaanwijzing dient te raadplegen voor verdere informatie.
Dit symbool in de buurt van een terminal geeft aan dat er, onder normaal gebruik,
gevaarlijke spanningen aanwezig kunnen zijn.
Dubbele isolatie
WARNING
Dit WAARSCHUWINGSSYMBOOL wijst op een potentieel gevaarlijke situatie
die, als ze niet vermeden wordt, tot de dood of tot ernstige verwondingen kan
leiden.
CAUTION
Deze VINGERWIJZING wijst op een potentieel gevaarlijke situatie die, als ze niet
vermeden wordt, tot schade aan het product kan leiden.
MAX
600V
Dit symbool wijst de gebruiker erop dat de zo gemarkeerde terminal(s) niet
aangesloten mogen worden op een circuitpunt waar de spanning met betrekking
tot de aarding (in dit geval) meer dan 600 VAC of VDC bedraagt.
Dit symbool geeft aan dat er een potentieel gevaar is van een laser lichtbron.
VERMIJD BLOOTSTELLING
Langs deze opening
komt laserstraling vrij
WAARSCHUWING
LASERSTRALING - NIET IN DE STRAAL KIJKEN
VERMOGEN <1mW GOLFLENGTE 630-670nm
LASERPRODUCT VAN KLASSE 2
Voldoet aan:
FDA 21 CFR 1040.10 en 1040.11
IEC 60825-1 (2001-08) Editie 1.2
EN60825-1:1994/A11:1996/A2:2001/A1:2002
2
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
VIINGERWIJZINGEN

Onjuist gebruik van deze meter kan schade, een electrische schok, verwondingen of dood
veroorzaken. Lees en begrijp deze gebruiksaanwijzing voor U de meter in gebruik neemt.

Verwijder altijd eerst de testloodjes voor U de batterijen of zekeringen vervangt.

Inspecteer de toestand van de testloodjes en de meter zelf op schade voor U de meter in
gebruik neemt. Herstel beschadigingen of vervang beschadigde onderdelen voor gebruik.

Wees uiterst voorzichtig wanneer U metingen maakt indien de voltages hoger zijn dan 25VAC
rms of 35VDC. Deze voltages worden als een gevaar voor een electrische schok beschouwd.

Ontlaad altijd capacitoren en verwijder de stroom uit het apparaat dat getest wordt, voor u
diode-, weerstands- en continuïteitstesten uitvoert.

Het controleren van het voltage aan electrische uitlaten kan moeilijk en misleidend zijn omwille
van de onzekerheid van de verbinding met de ingezonken electrische contacten. Andere
middelen moeten gebruikt worden om te verzekeren dat de terminals niet “live” zijn.

Indien gereedschap gebruikt wordt op een manier die niet door de fabrikant werd
gespecifieerd, kan de bescherming die door het gereedschap wordt voorzien, beschadigd
worden.

Dit apparaat is geen speelgoed en moet buiten het bereik van kinderen gehouden worden. Het
bevat gevaarlijke objecten en ook kleine onderdelen die door kinderen zouden kunnen
ingeslikt worden. Indien een kind een onderdeel zou inslikken, gelieve dan onmiddellijk een
dokter te contacteren.

Laat geen batterijen en verpakkingsmateriaal onbewaakt rondslingeren. Deze kunnen
gevaarlijk zijn voor kinderen indien ze als speelgoed worden gebruikt.

Indien het apparaat gedurende lange tijd niet meer zal gebruikt worden, verwijder dan de
batterijen om lekken te voorkomen.

Vervallen of beschadigde batterijen kunnen bij huidcontact verschroeiing of verbranding
veroorzaken. Gebruik daarom in dergelijke gevallen altijd geschikte handschoenen.

Let erop dat de batterijen geen kortsluiting genereren. Gooi geen batterijen in vuur.

Kijk niet direct in laserstralen en richt de laserwijzer niet naar iemands ogen. Zichtbare
lasers met lage stroom vormen normalerwijze geen gevaar maar vormen niettemin een
potentieel gevaar indien er gedurende langere tijd direct wordt ingekeken.
VERMIJD BLOOTSTELLING
Langs deze opening
komt laserstraling vrij
WAARSCHUWING
LASERSTRALING - NIET IN DE STRAAL KIJKEN
VERMOGEN <1mW GOLFLENGTE 630-670nm
LASERPRODUCT VAN KLASSE 2
Voldoet aan:
FDA 21 CFR 1040.10 en 1040.11
IEC 60825-1 (2001-08) Editie 1.2
EN60825-1:1994/A11:1996/A2:2001/A1:2002
3
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
OVERSPANNING CATEGORY III
Deze meter meet de IEC 610-1-2001 norm voor OVERSPANNING CATEGORIE III. Cat III meters zijn
beschermd tegen overgang van oversspanning in vaste installaties op distributieniveau. Voorbeelden
omvatten schakelaars in de vaste installatie en sommige uitrustingen voor industrieel gebruik met
permanente verbinding op de vaste installatie.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Deze meter werd ontworpen voor een veilig gebruik, maar moet voorzichtig gebruikt worden. De
hieronder opgesomde regels moeten zorgvuldig in acht genomen worden voor een veilige werking.
1.
Pas NOOIT enige spanning of stroom toe op de meter die het gespecificeerde maximum
overschrijdt:
Beschermgrenzen invoer
Functie
V DC of V AC
mA AC/DC
A AC/DC
Frequentie,
weerstand,
capaciteit,
werkcyclus, diodetest, continuïteit
Temperatuur
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Maximum invoer
1000VDC/750AC, 200Vrms bij een bereik van 400mV
snelwerkende zekering 500mA 250V
snelwerkende zekering 20A 250V (max 30 seconden
om de 15 minuten)
250Vrms voor max 15sec
60V DC/ 24 V AC
WEES BIJZONDER VOORZICHTIG bij het werken met hoge spanningen.
GEEN spanning meten als de voltage op de "COM"-ingang meer dan 600V boven de
aardingsgrond bedraagt.
De meterdraden NOOIT aansluiten over een spanningsbron, terwijl de functieschakelaar op
stroom, weerstand of op de diodemodus staat. Anders kan de meter beschadigd worden.
De filterconvectors in stroomvoorzieningen ALTIJD afladen en de stroom afkoppelen voor het
uitvoeren van weerstands- of diodetests.
De stroom ALTIJD uitschakelen en de testdraden afkoppelen alvorens de deksels te openen om
de zekering of batterijen te vervangen.
De meter NOOIT gebruiken als de rug en de deksels van het batterijvak en van de zekeringen
niet op hun plaats aangebracht zijn, of als ze niet goed vastgemaakt zijn.
NOOIT direct in een laserlichtbron kijken of de aanwijzer op een oog richten.
VERMIJD BLOOTSTELLING
Langs deze opening
komt laserstraling vrij
WAARSCHUWING
LASERSTRALING - NIET IN DE STRAAL KIJKEN
VERMOGEN <1mW GOLFLENGTE 630-670nm
LASERPRODUCT VAN KLASSE 2
Voldoet aan:
FDA 21 CFR 1040.10 en 1040.11
IEC 60825-1 (2001-08) Editie 1.2
EN60825-1:1994/A11:1996/A2:2001/A1:2002
4
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
Controletoetsen en aansluitingen
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
IR-thermometer en laseraanwijzer
LCD-display met 4000 tellingen
Toets HOLD en achtergrondverlichting
SELECT-toets
Functieschakelaar
mA, uA en A-ingangen
COM-ingang
Positieve ingang
Toets voor opslag BEREIK (RANGE)
RELATIEVE-toets
Toets laseraanwijzer
Beschermend holster
Nota: De kantelbare staander en het batterijvak bevinden zich aan de achterzijde van de eenheid.
Symbolen en indicaties
•)))
Continuïteit
Diodetest
Laseraanwijzer
Batterijstatus
n
µ
m
k
m
Hz
%
AC
DC
ºF
Fout aansluiting testdraad
-9
nano (10 ) (capaciteit)
-6
micro (10 ) (amp, cap)
-3
micro (10 ) (volt, amp)
3
kilo (10 ) (ohm)
6
mega (10 ) (ohm)
Hertz (frequentie)
Procent (werkverhouding)
Wisselstroom
Gelijkstroom
Graden Fahrenheit
A
F
Ω
V
REL
AUTO
HOLD
ºC
Amp
Farad (capaciteit)
Ohm
Volt
Relatieve
Autobereik
Display hold
Graden Celsius
5
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING: Risico van elektrocutie. Hoogspanningscircuits, zowel AC als DC, zijn erg
gevaarlijk en moeten met de grootste zorg gemeten worden.
1. Plaats de functieschakelaar altijd op OFF als de meter niet in gebruik is.
2. Als “OL” tijdens de meting op de display verschijnt, overschrijdt de waarde het bereik dat u
geselecteerd heeft. Kies een hoger bereik.
NOTA: Bij sommige AC- en DC spanningsbereiken, terwijl de testdraden niet op een apparaat
aangesloten zijn, kan de display een willekeurige, veranderlijke aflezing tonen. Deze reactie is
normaal en wordt veroorzaakt door de hoge ingangsgevoeligheid. De aflezing zal stabiliseren en zal
een juiste meting geven bij aansluiting op een circuit.
METINGEN GELIJKSPANNING (DC)
OPGELET: Geen gelijkspanningen (DC) meten als een motor op het circuit AAN of UIT gezet
wordt. Er kunnen zich grote spanningsoverlopen voordoen die de meter beschadigen.
1. Zet de functieschakelaar op de groene stand V.
2. Druk op de knop SELECT om "DC" op het scherm te doen verschijnen.
3. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve COMaansluiting.
Steek de banaanstekker van de rode testdraad in de positieve V aansluiting.
4. Houd de punt van de zwarte testdraad op de negatieve kant van het
circuit.
Houd de punt van de rode testdraad op de positieve kant van het circuit.
5. Lees de spanning af op het scherm.
6
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
ETINGEN WISSELSPANNING (AC)
WAARSCHUWING: Risico van elektrocutie. Het kan zijn dat de testpunten niet lang genoeg zijn om in de
spanningsvoerende delen van sommige stopcontacten van 240 V voor apparatuur te dringen omdat de
contacten diep in de stopcontacten gelegen zijn. Dit heeft als resultaat dat de aflezing 0 volt toont, terwijl het
stopcontact in feite onder spanning staat. Vergewis u ervan dat de testpunten de metalen contacten binnenin
het stopcontact raken voordat u ervan uitgaat dat er geen spanning aanwezig is.
OPGELET: Geen wisselspanningen (AC) meten als een motor op het circuit AAN of UIT gezet wordt. Er kunnen
zich grote spanningsoverlopen voordoen die de meter beschadigen.
1. Zet de functieschakelaar op de groene stand V.
2. Druk op de knop SELECT om "AC" op het scherm te doen verschijnen.
3. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve COMaansluiting.
Steek de banaanstekker van de rode testdraad in de positieve V aansluiting.
4. Houd de punt van de zwarte testdraad op de negatieve kant van het
circuit.
Houd de punt van de rode testdraad op de "warme" kant van het circuit.
5. Lees de spanning af op het scherm.
METINGEN GELIJKSTROOM (DC)
OPGELET: Voer geen stroommetingen op een schaal van 20A gedurende langer
dan 30 seconden uit. Het overschrijden van 30 seconden kan schade aan de meter
en/of de testdraden veroorzaken.
1. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting.
2. Voor stroommetingen tot 4000µA DC, de functieschakelaar
instellen op de gele µA-stand en de banaanstekker van de rode
testdraad in de µA/mA-ingang steken.
3. Voor stroommetingen tot 400µA DC, de functieschakelaar
instellen op de gele mA-stand en de banaanstekker van de rode
testdraad in de µA/mA-ingang steken.
4. Voor stroommetingen tot 20 A DC, de functieschakelaar instellen
op het gele A-bereik en de banaanstekker van de rode testdraad
in de A-ingang steken.
5. Druk op de knop SELECT om "DC" op het scherm te doen
verschijnen.
6. Maak het te testen circuit stroomvrij en open vervolgens het circuit
op het punt waar u de stroom wilt meten.
7. Houd de punt van de zwarte testdraad op de negatieve kant van
het circuit.
Houd de punt van de rode testdraad op de positieve kant van het circuit.
8. Zet het circuit onder stroom.
9. Lees de stroom af op het scherm.
7
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
METINGEN WISSELSTROOM (AC)
OPGELET: Voer geen stroommetingen op een schaal van 20A gedurende langer dan 30
seconden uit. Het overschrijden van 30 seconden kan schade aan de meter en/of de testdraden
veroorzaken.
1. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting.
2. Voor stroommetingen tot 4000µA AC, de functieschakelaar
instellen op de gele µA-stand en de banaanstekker van de rode
testdraad in de µA/mA-ingang steken.
3. Voor stroommetingen tot 400µA AC, de functieschakelaar
instellen op de gele mA-stand en de banaanstekker van de rode
testdraad in de µA/mA-ingang steken.
4. Voor stroommetingen tot 20 A AC, de functieschakelaar instellen
op het gele A-bereik en de banaanstekker van de rode testdraad
in de A-ingang steken.
5. Druk op de knop SELECT om "AC" op het scherm te doen
verschijnen.
6. Maak het te testen circuit stroomvrij en open vervolgens het circuit
op het punt waar u de stroom wilt meten.
7. Houd de punt van de zwarte testdraad op de negatieve kant van
het circuit.
Houd de punt van de rode testdraad op de "warme" kant van het circuit.
8. Zet het circuit onder stroom.
9. Lees de stroom af op het scherm.
METINGEN VAN DE WEERSTAND
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te vermijden, de stroom van de te testen eenheid
uitschakelen en alle convectors uitschakelen alvorens over te gaan tot metingen van de
weerstand. Verwijder de batterijen en trek de stroomkabels uit.
1. Zet de FUNCTIEschakelaar op de stand Ω
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting.
Steek de banaanstekker van de rode testdraad in de positieve  aansluiting.
3. Druk op de knop SELECT om “" op het scherm te doen verschijnen.
4. Houd de testkoppen op het te testen circuit of het te testen onderdeel.
Het is best om een kant van het te testen onderdeel af te koppelen,
zodat de rest van het circuit niet interfereert met de meting van de
weerstand.
5. Lees de weerstand af op het scherm.
8
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
CONTINUÏTEITSTEST
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te vermijden, de continuïteit nooit meten op circuits
of draden die spanning voeren.
1. Zet de functieschakelaar op de groene stand Ω
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting.
Steek de banaanstekker van de rode testdraad in de positieve Ω aansluiting.
3. Druk op de knop SELECT om "
" en "Ω" op het scherm te doen
verschijnen.
4. Houd de testpunten op het te testen circuit of op de draad die u wilt
testen.
5. Als de weerstand minder is dan ongeveer 150, zal een signaal
weerklinken. Als het circuit open is, zal op de display “OL” verschijnen.
DIODETEST
1. Zet de functieschakelaar op de groene stand Ω
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting en de banaanstekker van de rode testdraad in de
positieve V -aansluiting.
3. Druk op de knop SELECT om "
" en 'V " op het scherm te doen
verschijnen.
4. Houd de testpunten op de te testen diode. De doorlaatspanning zal
typisch 0,400 tot 0,700V aangeven. De sperspanning zal “OL”
aangeven Kortgesloten apparaten zullen een waarde dicht bij 0V
aangeven en een open apparaat zal in beide polariteiten “OL”
aangeven.
9
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
CONTACTTEMPERATUURMETINGEN
1. Plaats de functieschakelaar op de zwarte Type K ºC of ºF positie.
2. Steek de temperatuursensor in de aansluitingen en let daarbij op de juiste
polariteit.
3. Houd de kop van de temperatuursensor op het onderdeel waarvan u de
temperatuur wenst te meten. Blijf de sensor op het te testen onderdeel houden
terwijl de aflezing stabiliseert (ongeveer 30 seconden).
4. Lees de temperatuur af op het scherm.
Nota: De temperatuursensor is voorzien van een miniconnector van het type K. Er is
een adapter voorzien voor de overgang van een miniconnector naar een
banaanconnector voor de aansluiting op banaaningangen.
CONTACTLOZE TEMPERATUURMETINGEN
1. Plaats de functieschakelaar op de rode contactloze positie ºC of ºF.
2. Richt de meter op het te meten oppervlak.
3. Druk indien nodig de rode knop voor de IR-laseraanwijzer in om de juiste te meten plaats te
lokaliseren.
4. Het vlak van het te meten oppervlak moet groter zijn dan de stipafmeting die bepaald wordt door de
afstand tot de waarde van de stipafmeting.
5. Lees de temperatuur af op het scherm.
Diameter van stip
2.5cm 5cm
20cm
10cm
40cm
80cm
Afstand tot voorwerp
WAARSCHUWING: Kijk niet direct in laserstralen en richt de laserwijzer niet naar iemands
ogen. Zichtbare lasers met lage stroom vormen normalerwijze geen gevaar maar vormen
niettemin een potentieel gevaar indien er gedurende langere tijd direct wordt ingekeken.
VERMIJD BLOOTSTELLING
Langs deze opening
komt laserstraling vrij
WAARSCHUWING
LASERSTRALING - NIET IN DE STRAAL KIJKEN
VERMOGEN <1mW GOLFLENGTE 630-670nm
LASERPRODUCT VAN KLASSE 2
Voldoet aan:
FDA 21 CFR 1040.10 en 1040.11
IEC 60825-1 (2001-08) Editie 1.2
EN60825-1:1994/A11:1996/A2:2001/A1:2002
10
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
METINGEN VAN DE CAPACITEIT
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te vermijden, de stroom van de te testen eenheid
uitschakelen en alle convectors uitschakelen alvorens over te gaan tot metingen van de capaciteit.
Verwijder de batterijen en trek de stroomkabels uit.
1. Zet de draaischakelaar op de groene stand.
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
(COM)-aansluiting .
Steek de banaanstekker van de rode testdraad in de positieve aansluiting.
3. Houd de testdraden op de te testen convector.
4. Lees de capaciteitswaarde af op het scherm.
FREQUENTIEMETINGEN
1. Zet de draaischakelaar op de groene “Hz”-stand.
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting en de banaanstekker van de rode testdraad in de
positieve Hz-aansluiting.
3. Houd de testkoppen op het te testen circuit.
4. Lees de frequentie af op het scherm.
% WERKCYCLUS
1. Zet de draaischakelaar op de groene “Hz”-stand.
2. Steek de banaanstekker van de zwarte testdraad in de negatieve
COM-aansluiting en de banaanstekker van de rode testdraad in de
positieve Hz-aansluiting.
3. Druk kort op de toets SELECT om “%” op het scherm te selecteren.
4. Houd de testpunten op het te testen circuit.
5. Lees het % van de werkcyclus af op het scherm.
11
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
AUTOMATISCHE INSTELLING BEREIK/MANUELE INSTELLING BEREIK
Als de meter voor het eerst ingeschakeld wordt, gaat hij automatisch naar de automatische
bereikinstelling (AutoRanging). Hierbij wordt automatisch het beste bereik voor de metingen
geselecteerd en dit is in het algemeen de beste modus voor de meeste metingen. Voor
meetsituaties waarbij het nodig is om het bereik manueel te selecteren, gaat u als volgt te werk:
1.
2.
Druk op de toets RANGE (bereik). De indicatie “AUTO” zal uitgeschakeld worden.
Druk op de toets RANGE om de beschikbare bereiken te doorlopen, tot u het gewenste bereik
geselecteerd heeft.
3. Om de modus voor de manuele instelling van het bereik te verlaten en terug te keren naar de
automatische bereikinstelling, de toets RANGE (bereik) gedurende 2 seconden ingedrukt
houden.
Nota: De manuele bereikinstelling is niet van toepassing voor de functies Capaciteit, Frequentie en
Temperatuur.
RELATIEVE MODE
De relatieve meetfunctie biedt u de mogelijkheid om metingen uit te voeren met betrekking tot een
opgeslagen referentiewaarde. Er kan een referentiewaarde voor spanning, stroom enz. opgeslagen
worden en de metingen zullen gebeuren in vergelijking met die waarde. De getoonde waarde is het
verschil tussen de referentiewaarde en de gemeten waarde.
1. Voer de metingen uit zoals beschreven wordt in de handleiding.
2. Druk op de toets REL om de aflezing op het scherm op te slaan en de indicator "REL" zal op het
scherm verschijnen.
3. De display zal nu het verschil aangeven tussen de opgeslagen waarde en de gemeten waarde.
4. Druk op de toets REL om de relatieve modus te verlaten.
Nota: De relatieve functie werkt niet in de Frequentiefunctie.
SCHERM MET ACHTERGRONDVERLICHTING
Druk de HOLD-toets in en houd deze gedurende >1 seconden ingedrukt om de
achtergrondverlichting van het scherm in of uit te schakelen.
Nota: De HOLD-functie zal geactiveerd worden als de achtergrondverlichting ingeschakeld
wordt. Nogmaals op de toets HOLD drukken om Hold te verlaten.
HOLD
De hold-functie bevriest de aflezing op het scherm. Druk de HOLD-toets kort in om de HOLD-functie
te activeren of te verlaten.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
De automatische uitschakeling ("auto off") zal ervoor zorgen dat de meter na 15 minuten
automatisch uitgeschakeld wordt.
INDICATIE LAGE BATTERIJSTAND
De
icoon zal in de linker benedenhoek van het scherm verschijnen als de spanning van de
batterij laag is. Vervang de batterijen als dit verschijnt.
INDICATIE VERKEERDE AANSLUITING
De
icoon zal in de rechter bovenhoek van het scherm verschijnen en er zal een buzzer te
horen zijn als de positieve testdraad in de 20A of uA/mA ingang gestoken wordt en een stroomloze
functie (groen, zwart of rood) geselecteerd wordt. Als dit gebeurt, schakel de meter dan uit en steek
de testdraad in de juiste ingang voor de geselecteerde functie.
12
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
Technische kenmerken
Functie
Bereik
Gelijk400mV
spanning (DC) 4V
40V
400V
1000V
Resolutie
0,1mV
0,001V
0,01V
0,1V
1V
Wissel-stroomspanning (AC) 400mV
0,1mV
Nauwkeurigheid
(0,3% aflezing + 2 digits)
(0,5% aflezing + 2 digits)
(0,8% aflezing +3 digits)
50 tot 400Hz
400Hz tot 1kHz
(1,5% aflezing + 15
digits)
(2,5% aflezing +
15digits)
(1,5% aflezing + 6
digits)
(2,5% aflezing + 8 digits)
4V
40V
400V
750V
0,001V
0,01V
0,1V
1V
400A
0,1A
4000A
40mA
400mA
4A
20A
1A
0.01mA
0.1mA
0.001A
0,01A
AC
wisselstroom
400A
0,1A
1A
0,01mA
0,1mA
0,001A
0,01A
0,1
(1,8% aflezing + 8
digits)
(3,0% aflezing + 7 digits)
(3,0% aflezing + 8
digits)
(3,5% aflezing + 10
digits)
Weerstand
4000A
40mA
400mA
4A
20A
400
4k
0,001k
(0,8% aflezing + 2 digits)
40k
0,01k
400k
0,1k
4M
0,001M
40M
40nF
0,01M
0,01nF
(3,0% aflezing + 5 digits)
400nF
0,1nF
(3,0% aflezing + 5 digits)
4uF
40uF
100uF
0,001uF
0,01uF
0,1uF
Temp
(type-K)
-20 tot750C
1C
-4 tot 1382F
1F
Temp
(IR)
-50 tot270C
1C
-58 tot 518F
1F
Gelijkstroom
(DC)
Capaciteit
(1,8% aflezing + 6
digits)
(3% aflezing + 8 digits)
(1,5% aflezing +3 digits)
(2,5% aflezing + 5 digits)
50 tot 400Hz
400Hz tot 1KHz
(0,8% aflezing + 4 digits)
(1,0% aflezing + 2 digits)
(5,0% aflezing + 7 digits)
(3.5% aflezing + 5 digits)
(5.0% aflezing + 5 digits)
(3,0% aflezing + 3 digits)
(nauwkeurigheidssensor niet inbegrepen)
2,0% aflezing of 2C,  4 F
NOTA: Nauwkeurigheid wordt aangegeven voor een bereik van 18oC tot 28oC (65oF tot 83oF) en met minder dan 75% RV.
13
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
Functie
Frequentie
Bereik
5.000Hz
50,00Hz
500,0Hz
5.000kHz
50,00kHz
500,0kHz
5.000MHz
10,00MHz
Resolutie
0,001Hz
0,01Hz
0,1Hz
0,001kHz
0,01kHz
0,1kHz
0,001MHz
0,01MHz
Nauwkeurigheid
(1,5% aflezing +5 digits)
(1,2% aflezing + 2 digits)
(1,5% aflezing +4 digits)
Gevoeligheid: 0.8V rms min. @ 20% tot 80% werkcyclus en <100kHz; 5Vrms min @ 20% tot
80% werkcyclus en > 100kHz.
Werkcyclus
0,1%
(1,2% aflezing + 2 digits)
Pulsbreedte: 100µs - 100ms, Frequentie: 5Hz tot 150kHz
0,1 tot 99,9%
Nota: De specificaties met betrekking tot de nauwkeurigheid bestaan uit twee elementen:
 (% aflezing) – Dit is de nauwkeurigheid van het meetcircuit.
 (+ digits) – Dit is de nauwkeurigheid van de omzetter van analoog naar digitaal.
Diodetest
Teststroom van 0,3mA maximum, open spanningscircuit typisch 1,5V DC
(gelijkstroom).
Continuïteitstest
Er zal een signaal weerklinken als de weerstand minder bedraagt dan 150
(bij benadering.), teststroom <0,7mA
Temperatuursensor
Vereist type K thermokoppel
IR spectrale reactie
6 tot 16µm
IR-emissiefactor
0,95 vastgesteld
IR-afstandsverhouding 8:1
Ingangsimpedantie
>7,5MÙ (VDC & VAC)
AC-reactie
Effectieve rms
ACV-bandbreedte
50Hz tot 1kHz
Topfactor
<3:1 bij volledige schaal & <6:1 bij halve schaal
Scherm
4000 tellingen, scherm met achtergrondverlichting
Indicatie overschrijding bereik “OL” verschijnt
Autom. stroomuitschakeling
(Ongeveer) na 15 minuten
Polariteit
Automatisch (geen indicatie voor positieve polariteit), min-teken (-) voor
negatieve polariteit
Meetsnelheid
2 keer per seconde, nominaal
Indicatie lage batterijstand
” verschijnt als de spanning van de batterij tot onder de werkspanning
daalt
Batterij
Een batterij van 9 volt (NEDA 1604)
Zekeringen
mA, µA bereiken; 0,5A/250V snelle smeltzekeringen
Een bereik; 20A/250V keramische snelle smeltzekering
o
o
o
o
Bedrijfstemperatuur
5 C tot 40 C (41 F tot 104 F)
o
o
o
o
Bewaartemperatuur
-20 C tot 60 C (-4 F tot 140 F)
o
o
o
o
Bedrijfsvochtigheid
Max 80% tot 31 C (87 F) en lineair verminderend tot 50% bij 40 C (104 F)
Opslagvochtigheid
<80%
Werkhoogte
maximum 2000 meter.(7000 voet) .
Gewicht
342g (0,753lb) (inclusief holster).
Afmeting
187 x 81 x 50mm (7.36” x 3.2” x 2.0”) (inclusief holster)
Veiligheid
Voor binnenhuisgebruik en in overeenstemming met de vereisten voor
dubbele isolatie volgens IEC1010-1 (2001): EN61010-1 (2001)
Overspanning Categorie III 600V en Categorie II 1000V, Vervuilingsgraad
2.
Octrooi bericht
U.S. octrooi 7056012
14
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
Onderhoud
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te voorkomen, de meter loskoppelen van elk
stroomcircuit, de testloodjes loskoppelen van de inputterminals en de meter OFF (UIT) schakelen voor
het openen van de doos. De meter niet gebruiken met een open doos.
Deze MultiMeter is ontworpen om u jarenlang betrouwbare diensten te leveren als u de volgende
instructies voor het onderhoud ervan in acht neemt.
1. HOUD DE METER DROOG. Als hij toch nat wordt, droog hem dan onmiddellijk af.
2. GEBRUIK EN BEWAAR DE METER IN NORMALE TEMPERATUREN. Extreme
temperaturen kunnen het leven van elektronische onderdelen verkorten en kunnen plastic
delen vervormen of doen smelten.
3. BEHANDEL DE METER ZACHTJES EN ZORGVULDIG. Als hij valt, kunnen de
elektronische onderdelen beschadigd worden, of kan de behuizing beschadigd geraken.
4. HOUD DE METER SCHOON. Reinig de behuizing af en toe met een vochtige doek. GEEN
chemicaliën, oplosmiddelen of detergenten gebruiken.
5. GEBRUIK ENKEL VERSE BATTERIJEN VAN HET AANBEVOLEN FORMAAT EN TYPE.
Verwijder oude of zwakke batterijen, zodat ze niet beginnen te lekken, want dit zou schadelijk
kunnen zijn voor de eenheid.
6. ALS DE METER GEDURENDE LANGE TIJD OPGESLAGEN MOET WORDEN, moeten de
batterijen verwijderd worden om schade aan de eenheid te voorkomen.
Vervanging van de batterij
1.
Verwijder de Phillips kopschroef die de deur van het batterijvak achteraan vasthoudt.
2.
Open het deksel van het batterijvak.
3.
Vervang de batterij van 9V.
4.
Maak het deksel van het batterijvak terug vast.
Niemals verbrauchte Batterien oder Akkus in den Hausmüll.
Als Verbraucher werden die Benutzer gesetzlich verpflichtet, gebrauchte Batterien
entsprechenden Sammelstellen, der Einzelhandel, wo die Batterien gekauft wurden, oder
dort, wo Batterien verkauft werden nehmen.Entsorgung: Nicht dieses Instrument verfügen
in den Hausmüll. Der Benutzer ist verpflichtet, end-of-life-Geräte an einer dafür
vorgesehenen Sammelstelle zur Entsorgung von elektrischen und elektronischen Geräten
zu nehmen.
Andere Battery Safety Reminders
o Batterien niemals in ein Feuer. Akkus können explodieren oder auslaufen.
o Niemals Akkutypen. Immer neue Batterien des gleichen Typs
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te vermijden, uw meter niet gebruiken tot het deksel
van het batterijvak terug aangebracht is en goed vastgemaakt is.
NOTA: Als de meter niet behoorlijk werkt, de zekeringen en de batterijen controleren om u ervan te
vergewissen dat ze nog steeds goed werken en goed aangebracht zijn.
15
EX470-nl-NL_v5.6 4/15
VERVANGEN VAN DE ZEKERINGEN
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te voorkomen, de meter loskoppelen van elk
stroomcircuit, de testloodjes loskoppelen van de inputterminals en de meter OFF (UIT) schakelen voor
het openen van de doos. De meter niet gebruiken met een open doos.
1. De testdraden van de meter afkoppelen.
2. Verwijder het beschermend rubberen holster.
3. Verwijder het deksel van het batterijvak (twee “B”
schroeven) en de batterij.
4. Verwijder de vier “A”-schroeven die het deksel
vasthouden.
5. Til de middelste printplaat van de convectors op om
toegang te verkrijgen tot de zekeringhouders.
6. Haal de oude zekering er voorzichtig uit en breng
de nieuwe zekering in de houder aan.
7. Gebruik steeds een zekering van het juiste formaat
en met de juiste waarde (0.5A/250V
snelsmeltzekering voor het bereik van 400mA ,
20A/250V snelsmeltzekering voor het bereik van
20A).
8. Breng de middelste plaat in lijn met de connectors en druk ze zachtjes op haar plaats.
9. Breng het deksel achteraan, de batterij en het deksel van het batterijvak terug aan en maak deze
vast.
WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te vermijden, uw meter niet gebruiken tot het deksel
van de zekering op zijn plaats aangebracht is en goed vastgemaakt is.
VERMELDE UL
De UL-markering geeft niet aan dat dit product beoordeeld werd op nauwkeurigheid voor zijn
aflezingen.
Kopierecht © 2013‐2015 FLIR Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden met inbegrip van de volledige of gedeeltelijke reproductie in gelijk welke vorm. ISO‐9001 Certified www.extech.com 16
EX470-nl-NL_v5.6 4/15